Help, Sonja?! Ik heb een "Probleem Kind"! (6)
ADHD, STIEKEM, DRIFTIG. Jouw Kind, Jouw Spiegel!
De telefoon gaat. Praktijk Face the Truth Amstelveen met Sonja de Heer.
"Hallo", zegt een vriendelijke maar wat bedeesde stem aan de andere kant van de lijn. Hallo zeg ik, Waar kan ik U mee helpen?
Ik zou U graag iets willen vragen over mijn zoontje. Hij heeft extreme woede aanvallen. Hij is ontzettend druk en aanwezig en doet hele stoute en stiekeme dingen. Ze zeggen op school dat hij ADHD heeft. Hij kan geen seconde stil zitten en wil altijd aandacht. Ook wil hij altijd de baas zijn. Hij luistert heel erg slecht.
Voordat ik met medicijnen wil beginnen wil ik U vragen met ons mee te kijken en te vertalen wat U ziet, voelt en hoort in ons gezin. We hebben gehoord dat U “anders” naar “Probleem” gedrag van kinderen kijkt en ik wil nu graag ook uw eerlijke mening.
Ik heb zelf namelijk geen idee meer wat ik met mijn zoon aan moet. Het lijkt wel of hij dan een Waas voor zijn ogen krijgt. Hij slaat mij en schopt mij soms. Zomaar uit het niets. Hij is zo sterk.
Na een goed gesprek met moeder besluit ik dat ik de jongen wil observeren in zijn eig
Ze zegt ongeveer nu een klein jaartje geleden maar sinds een half jaar wordt het steeds erger. Wel moet ik U eerlijk zeggen dat hij nu extra boos en verdrietig is omdat “zijn oppas” hem in de steek gelaten heeft plotseling. Hij was dol op haar.
We zoeken dus nu al 3 weken naar een nieuwe oppas. Maar ik wil eigenlijk eerst weten wat er precies met mijn zoontje aan de hand is? Als moeder dit vertelt ervaar ik zwaarte, groot verdriet en een machteloos gevoel. Toch vraag ik moeder even niet naar haar gevoel omdat ze anders wel eens dicht zou kunnen slaan. Ze belt immers voor haar zoon. De ervaring leert dat het vaak makkelijker is voor ouders om hun kind als “eerste te willen fixen” en daarna veel meer bereidt zijn ook naar hun "eigen leven"en "problemen" te kijken.
Dan zeg ik: ik vind U zo moedig dat U zelf NU eerst meer duidelijkheid gaat proberen te krijgen voordat U deze kleine jongen MEDICIJNEN gaat geven. ( ik geef haar een groot compliment om moeder te bemoedigen zodat ze voelt dat “ze niet alleen staat” en een goede beslissing heeft genomen).
Mijn gevoel zegt: Ga er heen Sonja. Er is veel meer aan de hand en onderzoek heel rustig wat er speelt. Ik stel moeder het volgende voor.
Iedere week op woensdag haal ik uw zoon van school op en speel dan tijdelijk voor oppas. Dan kan ik uw zoon totaal observeren in zijn eigen omgeving. Gelukkig laat mijn agenda dat toe in de zomer en dus wil ik deze bezorgde moeder met liefde "helpen" in haar grote NOOD. Mijn gevoel zegt dat er veel meer aan de hand is in dit gezin dan dat deze moeder met mij wilt of durft te delen (nog). Ze gebruikt onbewust haar kind als “opstapje”.
(Het “probleem gedrag van dit kind spiegelt mij direct een aantal mogelijkheden wat er in dit gezin zou kunnen spelen. Stiekem gedrag, geheim Ouder(s), ingehouden machteloosheid, boosheid, Angst & weinig ruimte om te voelen, altijd druk, aandacht te kort ( ADHD), een gebrek aan woorden en dus goede communicatie, Ver-binding tussen beiden Ouders en kinderen, grenzen).
Dit ontstaat nooit “zomaar”. ( de volgende vraag gonst door mijn hoofd: Wat speelde er 1 jaar geleden precies in dit gezin? of tussen vader & moeder en hoe is dat ontstaan?).
Als dit is wat er is dan zal er een wonder gebeuren om deze Waarheid via het kind “boven tafel” te toveren. Daar vertrouw ik eigenlijk altijd op. Want voor een kind kun je niets geheim houden. Al denken we dit. Omdat we onze kinderen zogenaamd willen “beschermen”.
Dit keer ga ik naar het gezin toe en wordt deelgenoot als zogenaamde oppas voor het kind.
De ouder( s) introduceren mij. En ik stel mij voor. Hallo, ik ben Sonja. En wie ben jij? De kleine jongen vraagt gelijk, Ben jij mijn nieuwe oppas? Ja, maar alleen maar voor een paar weken zeg ik eerlijk tegen hem.
Normaal zou ik ook zeggen wat ik precies kom doen maar in dit geval zegt mijn gevoel dat ik deze kleine jongen niet in een hoek wil drijven en hem wil laten weten dat ik op “zijn probleem gedrag” kom letten. Want dan kon hij zich wel eens heel erg “gevangen” en dus bekeken gaan voelen. Dat wil ik nou juist niet. Ik wil hem ruimte geven om totaal zichzelf te mogen zijn. Dan wil ik kijken wat er gebeurd en waarom.
Dan zegt hij:
Hoop wel dat jij dan net zo leuk en lief bent als mijn vorige oppas? Ze moest opeens weg, ZOMAAR. Heel stom.
De spanning is om te snijden. Ik laat de jongen zijn verhaal gewoon doen en voel zijn diepe teleurstelling en verdriet om “dit grote verlies” voor hem. Ik zeg: Jeetje nou kan mij heel goed voorstellen dat dit écht niet leuk is, voor jou. Maar misschien moest ze ook wel weer terug naar haar eigen familie? Dat kan toch? Vader en Moeder kijken mij dankbaar aan.
Maar dan zegt het kind “Out of the Blue”. Nou dat is dan ook best gek. ZOMAAR OPEENS? Hij kijkt mij brutaal aan. En ik voel de scherpte van zijn blik. “Hij weet iets” maar hij is ( nu nog) loyaal aan zijn ouder(s). Via zijn gevoel laat hij mij blijken geen "flauwekul" graag Sunny. ( want ook jij weet wel beter ).
Hij verwacht van mij nu juist dat ik er niet om heen zal “draaien “ naar zijn Ouder(s) als het moment van de WAARHEID is aangebroken. In de stilte beloof ik hem dat. Daarvoor ben ik hier immers om zijn boodschap liefdevol en duidelijk naar zijn Ouder(s) "te vertalen".
Van binnen moet ik lachen. ( Wat een kracht en wijsheid voel ik uit dit jonge mooie joch stromen. Woww).
Hij houdt zich in en verraadt niets. Maar gedurende de komende weken als hij zich veilig voelt bij mij dan zal hij mij vertellen wat er zich heeft voorgedaan. Deze Ouders zwijgen als het graf. Hoewel ik voel dat zowel vader als moeder ook graag hun gevoel zouden delen maar voorlopig niet durven.
Alsof ze het niet “willen weten”, DE WAARHEID. Daarom vraag ik er ook even niet naar. Dat komt later als de kleine jongen de juiste tijd aangeeft dat ik het mag “vertalen”, vrij geven. Hij is de Ver-Binding en ik zal zijn stem zijn. (Daarom voelt hij zich nu zo machteloos en snel boos, hij kan er nog niet de juiste woorden aangeven). Dat maakt hem "druk", "stout en tot een ongeleid projectiel soms. Onbewust voelt een kind ook aan als zijn/haar Ouder(S) klaar zijn voor meer Waarheid.
Ik merk dat het een vurig mannetje is. Hij laat zich niet van alles op zijn mouw spelden en is ook nieuwsgierig. Hij vraagt: Woon jij ook in het buitenland? Ik zeg nee, ik woon vlakbij jou. Oh echt zegt hij. Kom jij dan ook bij ons op zolder wonen want daar woonde de vorige oppas ook. ( uuhh nou liever niet). Nee, hoor zeg ik. Ik blijf gewoon thuis wonen. Ik kom maar af en toe op jou passen. Totdat jullie weer een nieuwe leuke oppas hebben gevonden voor jou en je zusje. Papa en Mama hebben het druk met werk vandaar.
Mag ik dan ook keer bij jou thuis kijken? Ik zeg dat is goed hoor. Eerlijk is eerlijk. De eerste kennismaking verloopt prima en ook zijn kleine zusje is aanwezig ze is bijna vier. Zij speelt heerlijk met haar knuffels en lijkt op een heuse prinses. De kleine jongen knuffelt en beschermd haar continue. Dit jongetje is echt het mannetje in huis. En laat voor mij zien wie dat “niet écht is” maar wel zo mag leren worden.
De kleine jongen is immers nog maar een kind. Vader zegt weinig. Een introverte man die veel voor zich uit kijkt & in dromenland lijkt. De ouders voelen diep ongelukkig en moe gestreden. Ze zijn blij met mijn vrolijke toevoeging en tijdelijke “hulp” voor hun zoontje. Het klikt.
Vader en Moeder hebben allebei een zeer goede functie en baan. Dit maakt dat ze veel van huis zijn en erg druk met hun werk. Vandaar dat ze een vaste oppas in huis hadden genomen.
De vaste oppas is nu 3 weken weg en de ouders voelen “overspannen” aan. Het valt ze zwaar zeggen ze. Afwisselend thuis op de kinderen passen ZELF en daarnaast hun WERK doen. Tja, dat begrijp ik. ( maar je wilde toch niet voor niets kinderen denk ik dan). Ze zijn allebei erg trots op hun werk en ik voel hoe belangrijk dit voor hen beiden is. Toch merk ik dat ze ook rete gek zijn op hun kinderen.
Maar eigenlijk de tijd, ruimte en energie niet hebben om met al hun aandacht bij hun kinderen te zijn. Het “probleem gedrag” van hun zoon gaat zorgen voor “de grote ommekeer” in hun leven. ( Waar zijn we nu helemaal mee bezig ) Het tegendraadse gedrag van de jongen geeft eigenlijk al aan dat de Ouder(s) niet meer in “The Flow” zitten van hun eigen leven en tegen beter weten in maar blijven doorgaan in dezelfde modus ondanks dat het ze niet meer “gelukkig” maakt. Verandering is nodig.
Mijn gevoel bij de kinderen is meer dan goed. Als de kinderen naar bed gaan. Bespreek ik met beide Ouder(s) wat mijn plan is en waarom. Tevens zal ik tussendoor evaluatie gesprekken hebben , samen maar ook individueel.
Als ik de week erop de kleine jongen voor het eerst van school ga halen voel ik mij zenuwachtig. Ik sta tussen allemaal vreemde ouders die mij aanstaren. Voor wie komt U vraagt dan een nieuwsgierige vader, met een flirterige blik: ik heb U nog nooit gezien?
Ik U ook niet zeg ik met diezelfde lach. Ik leg uit voor wie ik kom en stel mij gewoon voor als de “tijdelijke” nieuwe oppas. De man lacht. Alweer zo’n knappe vrouw nou hij weet ze wel uit te kiezen. Pas maar op, zegt hij dan en geeft een knipoog aan een andere vader op het schoolplein. ( ook deze man weet meer) maar ik ga er heel bewust niet op in want ik gun hem zijn pleziertje niet. Hij geniet er zichtbaar van en voelt zich stoer met zijn opmerking. Maar hij heeft geen idee hoe pijnlijk deze situatie is voor de kinderen & de Ouder(s). ( later blijkt dat deze man Single is en dus wel degelijk indruk wilde maken op deze manier (jak).
Als de kinderen eindelijk 1 voor 1 naar buiten mogen staat de kleine jongen daar als laatste in de rij. Nooit zal ik die blik van hem meer vergeten. De blijdschap en (h) erkenning in zijn ogen raken mij recht in mijn hart.
Zo blij in zijn hart dat er weer iemand op hem staat te wachten. Een zeer verlegen, nieuwsgierige en ondeugende blik in zijn ogen. Alsof hij mij vertellen wilt: "Ik ben wel blij dat je gekomen bent hoor dat is een hele opluchting" maar je moet je eerst maar eens bewijzen Sonja. Ik voel dat hij expres treuzelt. En vooral mij na die eerste blik niet meer aankijkt. Hij werpt mij ook terug op mijzelf en mijn eigen onzekerheid.
Oh, ik voel mij zo naakt. Dit kind kijkt dwars door mij heen. (H)eerlijk en zeer onwennig sta ik te kijken. Maar ik voel de liefde stromen in mijn hart. Ik vergeet alle Ouders en blijf staan waar ik sta. Ik laat hem naar mij toe komen, hoe lang het ook duurt. Mijn hart en aandacht zijn bij hem.( Ik had wel naar hem toe willen rennen en fijn knuffelen) maar dat is natuurlijk een beetje vreemd bij zo’n tweede ontmoeting. ) Ik besluit hem de vrijheid te geven en vrije wil en mijn eigen onzekerheid te accepteren. Ook voor mij is dit weer nieuw. Geduld.
Het hoofd van de school stapt op mij af en stelt zich voor. U bent de nieuwe oppas en ze geeft mij stiekem een knipoog. :-))
Hij heeft je hard nodig. Het is zo’n lekker joch. Maar er speelt veel en volgens mij ook thuis. Meer zegt ze niet. Ze geeft mij het vertrouwen wat ik nodig heb. Ze nodigt mij gelijk uit om even in de klas te komen kijken. En een korte rondleiding door de school ( wat een voorbeeld). De kleine jongen gaat voorop en laat trots zien wat hij vandaag heeft gemaakt en gedaan. (De leider) Deze juf heeft een groot hart voor kinderen en dat maakt mij zo blij!
Ze vraagt of ik misschien een kaartje bij mij heb en of ik misschien eens een lezing zou willen geven voor alle juffen, meesters en ouders die dit zouden willen. Tuurlijk wil ik dat. Ik heb veel over je gehoord zegt ze en ook bijzondere dingen zien gebeuren met andere ouders en hun kinderen. Ik zou graag meer willen weten over de manier waarop je werkt en hoe jij dingen ziet want volgens mij kunnen wij daar allemaal wel iets van leren. ( Mijn hart maakt een sprongetje van blijdschap. Wat geweldig deze open houding en vraag).
Als we weer buiten staan, na zo’n klein half uur, zegt de kleine jongen gaan we nu bij jou thuis kijken? ( eerlijk is eerlijk. Ik mag "Alles" van hem zien en Hij vraagt nu of hij ook " Alles" van mij mag zien. Zo simpel is het.
Ik laat mijn planning en idee van die middag dan maar totaal los. Ik zeg: Ja, wat een goed plan. Kom dan gaan we. Waar staat je auto dan zegt hij? Hij kijkt mij aan met een “stoute speelse blik”. Ik lig nu al in een deuk. Wat een portret dit kind. Een ware Koning en doerak! De blik op zijn gezicht verraadt alles. Het is een echte man, hoe klein ook. Ik ben op de fiets zeg ik en jij moet achterop. ) Nietes zegt hij. Ik weet heus wel welke auto jij hebt hoor heb ik allang gezien.
En dan rent hij direct naar mijn auto toe. ( alles heeft hij in de gaten). Moet je nog plassen vraag ik voordat we de auto in gaan. Neehhhheee, roept hij. Kom we gaaannnnn!
Als ik de auto open doe gaat hij gelijk rechts naast mij op de stoel zitten. Daar is weer die ondeugende blik. Hij zoekt mijn grenzen op en daagt mij uit op een leuke manier. Ja, ook ik zal veel van hem gaan leren.
Ik lach en zeg nee, vriend jij gaat achterin en wel met de gordel om. Gelijk vanaf het begin moet ik goed mijn grenzen aangeven. En dat is heus ook niet altijd mijn sterkste kant. Maar hé, ook ik leer elke dag. Toch probeert hij met al zijn manipulaties & charme, om gewoon lekker naast mij te zitten.
Ik houd voet bij stuk. Anders ben ik voor de resterende oppas tijd “verloren” en zal hij mij niet meer serieus nemen en of naar mij luisteren. Dus ik houd voet bij stuk. Met een glimlach net als hij.
Uiteindelijk gaat hij achter mij zitten. Als ik hem in de gordels heb is de jongen stil, doodstil. Ik besluit hem even wat ruimte te geven om in zijn eigen gevoel te zakken na een drukke dag school. Geen vragen. Rust.
Ik heb een verrassing zeg ik en tover een grote puntzak snoep tevoren. Zijn gezicht begint helemaal te stralen. Ohhhh zegt hij. Mjammie. Dat krijg ik thuis echt nooit. Maar nu is het een beetje feest zeg ik. We vieren dat de nieuwe tijdelijke oppas er is.
Ik zeg hier is de zak, jij mag nu 4 snoepjes uitkiezen voor onderweg. De jongen is helemaal in zijn nopjes en pakt er keurig 4 uit. En geeft dan de zak terug welke ik in mijn dashboard kastje terugleg.
Ik vraag zal ik de muziek aan zetten?
Ja hoor. En expres doe ik een ontspanningsmuziekje aan. A 100.000 ANGELS heet de CD van Bliss. Het is in het Engels. Hij is er helemaal stil van en smakt heerlijk op zijn snoepjes.
Na een tijdje zegt de jongen: Wat zingt die mevrouw nou? Dan leg ik hem uit wat ze zingt.
Dat er honderd duizend engelen altijd bij je zijn en dat ze ons vragen of we even bij hen even willen uitrusten als we moe, bang of verdrietig zijn. Ze vragen of jij wel kunt horen wat ze zeggen. Ze willen met je praten. Wat stom zeg, zegt hij. Geloof jij dat? Ja, zeg ik als ik moe ben dan luister ik graag naar deze CD ( Het is dan alsof ze mij troosten).
Doe maar uit, zegt hij. ( maar dat doe ik niet op deze manier en toon van hem. ( Hij mag leren dat niet ALLES om hem ALLEEN draait) Hij gaat tegen mijn stoel schoppen met zijn voeten. Deze muziek raakt het mannetje en komt dus dichtbij zijn gevoel. Hij is bang want hij kent mij nog niet. Dan pak ik heel rustig zijn rechter enkel vast en geef zo mijn rust , liefde en kracht door. Hij laat het heel gewillig toe. Ik zeg: hou daar eens mee op. Ik vind deze muziek wel mooi. Dus laat mij even luisteren, goed?
Deze muziek heeft ook grote invloed op hem dat merk ik. Hij staart uit het raam naar buiten en is stil , heel stil. Met zijn eigen gedachten die van hem zijn. Als de CD doorgaat naar de volgende nummers zegt hij na een tijdje luisteren opeens: Sonja kun je die "Elfjes muziek" van het begin nog eens even aan zetten. Om te laten zien dat ik niet alles "gelijk" doe wat hij zegt of vraagt zet ik expres een ander nummer aan. Dan zegt hij Neeheee, die is het niet! Die nummer 1 van die elfjes weet je wel. Die van het begin ( Smile).
Dan zeg ik: die vond je toch niet mooi? En geef een speelse lach naar achteren in mijn achteruitkijk spiegel. Hij kijkt mij aan en begint te lachen. Het ijs is gebroken. En hij voelt dat ik hem door heb. Beiden zijn opzoek naar die gelijkwaardigheid. Ik ben een andere jij.
Want natuurlijk zet ik de CD weer op nummer 1. Hij neuriet stil mee. ( Ik voel dat dit een geweldige reis samen gaat worden, want dit kind kan voelen als de beste). Hij is wat tegendraads maar als ik Authentiek blijf dan zullen we elkaars grenzen gaan leren kennen en respecteren.
Als we bijna bij mijn huis zijn: tikt hij op mijn schouder en zegt: Sonja, ik moet plassen. Hij grijpt in zijn kruis. Uhhh, zeg ik maar je moest toch niet toen ik het je vroeg. Ja, maar nu wel zegt hij. ( heerlijk die logica want zo is het toch ook). Vlug Sonja, vlugggg zegt hij nu in paniek.
Ok, zeg ik. Nou hou het nog even op. We zijn er bijna nog 1 straat uit. Schiet nou op Sonja, Sonja ik doe het in mijn broek hoor. En opeens schreeuwt hij in paniek vanaf de achterbank : ik laat het gaan hoor……. Te laat!
Als we kort daarna bij mijn huis aan komen is zijn hele broek nat en de hele achterbank vol pies. ( ik moet in mijn hart zo lachen om het beteuterde gezicht van het kind & al zijn leuke teksten, dat ik hem uit die gordels bevrijdt en zeg, Tis heus niet erg hoor. Ik heb nu een hevig snikkend kind in mijn armen. Ik deed het niet expres, ik deed het niet expres. Nee, zeg ik. Dat weet ik toch. Kom….
Ik til hem op en neem hem razend snel mee naar boven en trek hem zijn broek en onderbroek uit. Hij laat het allemaal gewillig toe en kijkt mij de hele tijd aan. Dan zet ik even de douche aan en spoel hem lekker even helemaal schoon. Zo, zeg ik. Nu even afdrogen en een schone broek aan. Ik heb er nog wel eentje liggen. Die andere wassen we wel weer schoon. Opgelost.
Dan klinkt er een bezorgd kind en jouw auto dan, vraagt hij? Die is helemaal nat hoor en het stinkt ook. Ja, zeg ik lachend. Jij bent echt een “Stinkie Binkie”. En mijn auto nu ook. Nou die moeten we ook nog even wassen dan maar.
Ben je niet boos , vraagt hij dan opeens bloed serieus aan mij?
Nee, zeg ik waarom? Dat kan toch gebeuren. Daar ben ik zo blij om zegt hij dan uit de grond van zijn hart. Mijn mama wordt altijd gelijk boos op mij. Dan gaat ze schreeuwen daar ben ik bang voor. ( Dan gaat ze eerst haar auto schoonmaken en zegt ze dat ik voor straf nog maar even in mijn eigen natte broek moet lopen.) Gebeurd dit wel vaker dan vraag ik hem? Ja, de laatste tijd wel zegt hij. ( Het laat mij zien dat de jongen bang is en dus de angst van zijn moeder ook spiegelt om "haar pissigheid" los te gaan laten) Hij wil het alleen maar even kwijt merk ik. ( en dus ga ik er verder niet op in).
Dan pakt hij als een echte man: de Glassex uit mijn keukenkastje en zegt Kom dan ga ik NU jouw auto schoonmaken. Briljant. Ik lig helemaal in een deuk door zijn vastberadenheid. Maar , nee die Glassex lijkt mij niet zo’n goed idee. Samen soppen we de hele achterbank uit tot deze weer citroentjes fris ruikt. Best gezellig zo met zijn tweetjes.
Als we eenmaal weer boven zijn geef ik hem eerst wat te drinken en heb gelukkig nog een lekker koekje in huis. Dan vraagt hij: mag ik even in jouw huis rondkijken? Maar jij hoeft niet mee hoor. ( haha kleine snotneus). Ga maar zeg ik.
Ik ga lekker op mijn bank zitten en als de jongen na 10 minuten terugkeert kijkt hij mij op een afstandje aan. En dan zegt de kleine opmerkzame “man” hier woont geen man he. Hahaha… betrapt.
Ik lig echt in een deuk. Wow. Hoe kom je daar nu opeens bij vraag ik hem? Nou dat zie je zo , zegt hij ( 6 jaar), Er hangen geen mannen jassen op de gang, ook zie ik alleen maar een badjas voor meisjes op jouw slaapkamer en in de douche staat geen mannen shampoo. Hahaha….niet normaal toch.
Ik blijf er zowat in. Hoe scherpzinnig van zo’n jochie en wat hem dan al niet bezighoudt. (Details). Dan vraagt hij opeens. Woont jouw man hier niet? Ik zeg nou ik woon alleen en ik heb nu geen man. Echt niet? vraagt hij dan met een zéér bezorgd gezicht wat mij ongelovig aankijkt. Echt niet zeg ik.
Maar wie moet er dan voor jouw zorgen? Dan zeg ik>, nou ik heb geleerd voor mijzelf te zorgen. Nou zegt de jongen dat vind ik best knap hoor maar toch vind ik het heel verdrietig dat jij geen man hebt die voor jou zorgt. Dat is toch saai zo ALLEEN. Nee hoor zeg ik hem, meestal niet. Maar soms wel.
Waarom vraag ik dan? Iemand moet jou toch beschermen? ( De schat). Nou dat doen de engeltjes toch zeg ik dan met een grote glimlach. Ook hij moet lachen en zegt dan iets heel wonderlijks.
Weet je wat: zullen we nu naar mijn huis toe gaan? Bij ons op zolder zitten heel veel mannen. Zal ik er dan eentje voor jou uitzoeken die leuk is voor jou? Tuurlijk zeg ik. Dat is nog eens een goed idee van je. Ik ben daar zelf niet zo goed in. Misschien kun jij dat beter. Na een uurtje in mijn huis vertrekken we gezellig naar zijn huis. En jawel we gaan echt naar zolder.
Maar eerst zegt de kleine in de gang: Sonja, jij moet mijn schoenen uittrekken. Ik mag niet met mijn schoen naar binnen. Oh nee? zeg ik. En dan kniel ik voor de jongen en help hem zijn schoentjes uittrekken. Doe jij je schoenen ook maar uit dan "horen"ze ons tenminste niet aankomen. ( dat doe ik).
Hij zit op de trap in de gang welke naar zolder gaat. Ik maak rustig zijn veters los en masseer zijn voetjes eerst. De jongen kijkt mij aan en opeens slaat hij zijn beiden armpjes om mijn nek. Ik voel zijn liefde. Hij houd mij stevig vast en zegt: Ik vind jou zooo liefff. ( mijn hart stroomt over in dat kleine momentum van een liefde zo groot welke onbeschrijflijk is.). Stil ben ik, Stil. Ik ontvang dit kind zijn liefde en die is niet gewoon groot maar heel erg groot. Eerlijk is eerlijk zo’n overgave heb ik nog nooit van een man gevoeld. Zo uit zijn tenen en rechtstreeks mijn hart in.
Als ik het ontvangen heb voel ik zoveel liefde dat ik ook mijn armen om hem heen sla al kennen we elkaar pas heel kort. Maar woorden heb ik niet. De stilte doet zijn werk.
In die korte ont-moeting voel ik dat we “zijn probleem” samen gaan oplossen. Door dik en dun.
Geen medicijnen voor nodig. Er dienen wat dingen “opgehelderd “ te worden en onder woorden gebracht want deze “sterke man” kent zijn eigen krachten en dus grenzen nog niet. Hij heeft dus een duidelijk en goed voorbeeld nodig. ( Dit is nu thuis dus niet het geval).
Kom zegt hij: we gaan naar zolder daar zijn leuke mannen. Ik besluit mee te gaan. Eenmaal op zolder aangekomen maant de jongen mij om op de bovenste trede te blijven zitten wachten en heel stil te zijn. Anders jagen we die mannen weg. ( dat gebeurd wel vaker denk ik met een diepe glimlach om de spiegeling van die kind). Hij gaat opzoek zegt hij. Hij praat en praat echt met allerlei jongens. Hele verhalen. ( ik lach mij helemaal suf). Maar na een tijdje komt hij terug en gaat naast mij zitten. Én vraag ik? Hij kijkt mij aan en zegt: Nou hier zijn ook al geen leuke jongens voor jou.
Whaaat zeg ik. Hoe kan dat nou? Nou heb ik nog geen man. Hoe moet dat nu?Dan kijkt hij mij heel ondeugend aan en zegt: Nou ja, als jij nou gewoon wacht tot ik groot ben dan kan ik jou toch beschermen en verzorgen. ( hahaha….wat een mannetje (H ) eerlijk. Ik wil wel met jouw "trouwen" hoor.
Graag zeg ik. Dan wacht ik wel. Opeens wordt het mannetje heel serieus. Hij zit gezellig naast mij op de trap. Weet je Sonja, zegt hij. De oppas sliep hier op zolder. ( opletten nu Sonja daar komt dan die waarheid ).
En ik heb mijn papa hier gezien met de oppas. Hoe bedoel je vraag ik? Wat heb je gezien dan? Nou dat hij op haar lag. Ze was helemaal bloot. ( mijn hart slaat over). O zeg ik. En wat dacht je toen?
Ik vond het heel gek. Omdat ze zo van die gekke geluiden gingen maken. De jongen doet het volmondig na en trekt gekke bekken. Ik moet lachen. ( H) eerlijk kinderlijk en speels met humor.
Hij doet heel overdreven. Dan zegt hij: ik denk dat mijn vader de oppas ook heel leuk vond. Net als ik. Maar mijn papa had wel stout gedaan zegt mijn mama. ' s avonds toen ik naar bed ging vroeg ik aan mama of zij ook wel eens zo gek met papa doet en ook van die gekke geluiden maakt. Mama vroeg toen wat ik bedoelde. Toen heb ik het gewoon vertelt en voor gedaan.
Daarna ging mijn mama naar beneden en begon héél hard te schreeuwen tegen mijn papa. En volgens mij was mijn papa ook heel bang. Ik hoorde mijn papa huilen dus ik denk dat hij ook heel verdrietig is omdat de oppas opeens plotseling weg moest. Denk je niet? Dan is het stil.
Jeetje, zeg ik dat is wel heel verdrietig allemaal zeg. Ja, zegt hij want nu is mijn moeder helemaal nooit meer vrolijk. Heus niet leuk. Nee, zeg ik zeker niet leuk zeg. ( jeetje wat heftig dat dit kind dit zo jong al mee moet maken).
Het kind voelt aan dat hij gezegd heeft wat hij kwijt moest aan mij dan hoeft hij dit niet langer ALLEEN “te dragen“ . Hij vertrouwt mij zijn “last” toe in de hoop dat ik weet hoe ik “zijn ouders” kan helpen.
We gaan naar beneden en doen samen nog een spelletje. Totdat zijn vader thuiskomt. Ik wacht totdat het kleine jongetje zelf iets zegt over hetgeen wij op de trap bespraken maar dat doet hij niet. Ik besluit dit is nog niet de juiste tijd dus. We vertellen alles behalve dat. Dan vertrek ik zelf richting huis. ( Thuis schrijf ik al mijn bevindingen op). Het verhaal wordt steeds duidelijker.
Het is weer woensdag middag. Hoe langer de jongen mij kent hoe vrijer hij zich voelt. Het is mij duidelijk geworden dat hij grenzen opzoekt en ook duidelijk nodig heeft. Sinds een paar weken speelt hij iedere middag met hetzelfde vriendje. Echt een jongetje tegenovergesteld aan hem. Veel serieuzer, vrouwelijker en een kleine professor zeg maar. ( Het jochie laat graag merken dat hij verstandig en dus wijs is). Het leuke is dat die kleine professor los gaat als hij samen is met het vurige ondeugende kind waar ik oppas. Samen zijn ze een “meer dan druk” stel. Vandaag is daar die eerste keer ruzie en hoe.
In het spel is de kleine professor ver over de grenzen gegaan van mijn vurige mannetje. Ik hoor hem opeens schreeuwen naar de kleine professor. Dan hoor ik met een knal de voordeur dichtslaan. Zo! de buurjongen staat buiten. Al schreeuwend gaat "mijn driftkikker" op de bank zitten, met de handen voor zijn oren. Hij zit voor het raam. De buurjongen daagt hem nu uit, buiten voor het raam. Hij schreeuwt en bonkt op het raam. En trekt gekke bekken. Hij doet mijn vurige strijdertje gewoon na. Spiegelen. Dat vind de kleine jongen maar niets. Ik laat het even gaan om te kijken wat er nu werkelijk gebeurd en aan de hand is.
Er is dus iets met die grenzen. Mijn kleine jongen gaat over andermans grenzen heen en wordt dan boos als anderen dus ook over zijn grenzen heen gaan. (Waar is één van de Ouder(s) over grenzen gegaan is de vraag die bij mij opkomt? ( vader) En wie is er zo boos en verdrietig nu, jawel ( moeder).
De communicatie is dan ver te zoeken. Toch is het mooi dit te zien gebeuren. Zo kan ik hem mooi de lessen laten ervaren en hem ook laten voelen wat hij nodig heeft, waarom en waar dit vandaan komt. Zodat hij daarna ook andermans grenzen gaat respecteren en dus luisteren. ( Dit is niet zijn sterkste kant). Maar hé, hij is pas 6. ( Zijn Ouder(s) weten het ook nog steeds niet en die zijn al 49).
Na een tijdje heen en weer schreeuwen van beiden kinderen loop ik naar buiten en besluit het vriendje even aan de hand mee te nemen. Wat is er vraag ik aan hem? Hij zegt nou hij wil opeens niet meer met mij spelen. Verdrietig begint hij te snikken. Hij heeft mij buiten de deur gezet. Dat is toch niet eerlijk. Ik wil wel met hem spelen.
Ja, dat begrijp ik. En met de meest simpele uitleg probeer ik ook deze kleine professor te laten inzien dat je soms even zomaar geen zin meer hebt in drukte of samen spelen. Dat het soms allemaal even teveel is. En dat je dan een beetje rust zelf nodig hebt maar dat dit dus niets met hem te maken heeft.
Dan vraag ik: heb jij ook wel eens geen zin om met je vriendje te spelen. Dan zegt hij jawel. Ok zeg ik. En dan: nou verzin ik een smoesje zegt hij. Dat heeft mijn vader mij geleerd. Dan zeg ik dat ik niet mag van mijn ouders. Hmmm, dus nu jouw vriendje gewoon eerlijk is word je zo boos. Had je liever dat hij een smoesje had verzonnen dan?
Opeens kijkt de jongen mij aan en vraagt denk je dat hij mij niet meer leuk vindt Sonja? Dan zeg ik heel simpel: nee, dat denk ik niet. Ik denk dat hij gewoon even geen zin heeft nu om met jou te spelen. Hij heeft een beetje rust nodig na school en misschien komt hij later weer naar je toe.
Misschien had hij niet zo’n leuke dag vandaag. Dat kan toch? Maar waarom schreeuwt hij dan zo? ( Ik denk dat hij verdrietig en boos is dat zijn leuke oppas er niet meer is. Zou dat kunnen? O ja, zegt hij dan. Misschien is dat het. En misschien komt het omdat je niet gelijk naar hem luisterde dat hij Alleen verder wilde spelen.
Jij wilt immers wel samen spelen. Het is net als bij honden. Die blaffen toch ook soms als ze geen zin meer hebben in spelen. DE jongen denkt na en lacht. Ja, maar dat zijn honden. Nou zo werkt het ook bij mensen eigenlijk. Je gaat over zijn grenzen. Hij zegt stop. En jij zegt, maar ik luister niet naar jouw Stop, ik wil spelen. Dus ik doe niet wat jij wilt!
De wijze jongen laat zijn hersens kraken maar snapt het heel erg goed. Dan zegt hij dus zal ik dan maar naar huis gaan. Ja, zeg ik dat is misschien wel een goed idee. Hij weet dat jij wel wilt spelen.
Maar jij mag volgende keer ook eerlijk zijn als je geen zin hebt om met hem of anderen kinderen te spelen. Ok, zegt hij. Maar zijn ze dan niet kwaad op mij? Nou zeg ik: waarom? Ben jij nu zelf kwaad op jouw vriendje omdat hij eerlijk is? Of zeg je ok, ik luister naar jou. Jij wilt niet spelen en dat mag.
Als ik weer bij mijn vurige strijdertje ben probeer ik hem aan het lachen te maken. Maar het huilen staat hem nader dan het lachen. Hij heeft nog steeds zijn handen voor zijn oren. Ik zeg ik heb je vriendje even thuis gebracht. Heb je even rust nodig vraag ik hem? Was het te druk? Dan kijkt hij mij aan? Ja, zegt hij.
Hij is zo druk. ( grappig deze spiegel, zijn ouders vinden hem druk en hij vindt zijn vriendje druk, het kind is duidelijk overbelast door de situatie thuis en alle gevoelens die daar bij gepaard gaan en omdat hij hier allemaal nog geen woorden aan kan geven voelt hij zich machteloos en dat uit zich in boosheid, zichzelf groter maken dan hij zich van binnen werkelijk voelt = verdrietig).
Ik laat hem even in zijn boosheid zitten. Het mag er allemaal zijn. Ik zet een beker limonade voor hem neer en maak wat fruit voor hem klaar. Na een tijdje doet hij de handen van zijn oren en gaat op de bank liggen. Ik pak een deken en leg dit over hem heen. De muziek blijft aan. Ik ga naast hem zitten op de bank en leg zijn voeten op mijn schoot en pak zijn enkels vast in een losse liefdevolle houding.
Dan begint de jongen te huilen. Wat is er vraag ik aan hem? Ik vind het niet leuk als ik zo boos word zegt hij dan snikkend. Het gebeurd zomaar en dan kan ik niet meer stoppen. Ik luister naar hem. Ok en dan? Dan moet iedereen weg. (maar niemand luistert dan naar mij en dan ga ik schreeuwen ( omdat hij dus eigenlijk zijn verdriet niet kan delen). En dan sla ik net zo lang totdat ze mij met rust laten. ) Wow. Wat een zelf kennis. Jawel 6 jaar.
Vertel eens wat over jouw “vorige oppas”? De jongen kijkt mij aan en dan beginnen zijn ogen te glinsteren. Je mist haar hè?
Honderduit vertelt hij hoeveel leuke dingen ze gedaan hebben en dat ze altijd koekjes met hem ging bakken en naar het zwembad ging. Ik mis haar zo. Ik laat de jongen praten en praten en stel vragen over ZIJN “grote verdriet”. Dat lucht hem erg op merk ik. ( Wat een beetje oprechte aandacht en interesse al niet kan doen).
Je bent daar heel eg verdrietig over nog he zeg ik tegen hem. Dan kijkt het joch mij schuldig aan. Maar ik zeg. Dat is toch heel normaal en logisch. Ik ga jou straks ook heel erg missen als ik weer afscheid van jou moet nemen. Echt zegt hij ongelovig. Ja, echt zeg ik. Dat mag toch best. Maar soms durven we dit niet : “te laten zien” aan anderen. En dan gaan we dat “verbergen” een gaan we heel stoer doen en dus soms boos. Ja, zegt de kleine jongen. Ik ben nu opeens helemaal niet meer boos)
Dan zeg ik: jij hebt af en toe rust nodig he? Maar volgens mij weet jij niet zo goed wanneer wel en wanneer niet? Klopt dat? De jongen kijkt mij aan. Mmmm, misschien. Weet je , ik ben ook erg gevoelig en ik houd ook van druk doen en spelen maar soms wil ik stilte en met mijzelf zijn en rust.
Heb jij daarom die elfjes muziek in de auto vraagt hij. ( wat een connectie). Ja, zeg ik .Soms heb ik even nodig om al die prikkels van die drukke dag even te verwerken. Dat doe ik in de auto of thuis op de bank of in mijn kamer. Maar vroeger wist ik ook niet dat ik dat nodig had. Het gebeurde gewoon dat ik maar door en door ging. En dan werd ik vaak boos. Te vaak. Ik wist niet wanneer ik moest stoppen zelf het gebeurde opeens. Dan was ik het zat en boem. Dan moest iedereen wegwezen. Maar daarna was ik net als jij weer verdrietig. Want ik wilde helemaal geen ruzie juist.
Oh had jij dat ook? Ja, zeg ik . Ik vond het heel erg lastig hoor. Want als ik boos werd voelde ik mij daarna altijd heel verdrietig. Omdat anderen mij niet begrepen. Ja, ik ook zegt het jongetje. Dan worden kinderen ook heel boos op mij. En ben ik bang dat ze mijn vriendje niet meer willen zijn.
Maar weet je zeg ik. We kunnen toch ook gewoon eerlijk zijn en vertellen wat ons is overkomen en dat we daar verdrietig over zijn. Zoals over jouw oppas. Dan kunnen we daar toch even over praten ook met jouw vriendje. Dat lucht misschien op. En dan begrijpt jouw vriendje jou ook beter als je even boos of verdrietig wordt en geen zin hebt om samen te spelen.
Zal ik jou daarbij gaan helpen? Dat we dus, voordat we boos worden, gewoon even rust en tijd nemen voor onszelf en gaan voelen wat ons echt “dwars” dit van die dag? en dan pas gaan spelen.
( natuurlijk is er een gebrek aan de juiste woorden voor deze kinderen dus hebben soms een beetje hulp nodig om al hun gevoelens onder woorden te leren brengen ).
Dan zeg ik: weet je dat ik heel trots op je ben? Dan kijkt de jongen naar mij? Uh..waarom? Nou zeg ik omdat je toch gewoon jezelf hebt durven zijn. Jij wilde rust en die heb je nu. Je hebt niet gedaan wat jouw vriendje wilde maar gewoon wat jij wilde en nodig hebt. Dat is juist heel dapper.
Het kind knikt. Ik geef hem een dikke knuffel en samen kijken we een grappige tekenfilm daarna.
We besluiten de tekenfilm na te doen. Stof zuigertje spelen. De jongen gaat op zijn handen staan en gooit zijn benen in de lucht. Vasthouden bij mijn enkels Sonja en duwen. Dan loop ik op mijn handen en ben ik de stofzuiger. Dikke pret hebben we , want natuurlijk duw ik harder dan dat hij op zijn handen kan lopen en zakt dus steeds door zijn armen heen op de grond. Het is geen piepert. Heerlijk vind hij het stoeien, gek doen, lachen en weer rust. Ik merk hoeveel behoefte ook dit kind heeft om oprechte aandacht te krijgen. Daarna gaat hij dan weer zelf zoet spelen en kan hij met een achtergrond muziekje weer heel goed in zijn eigen rust komen.
Na 2 uurtjes vraagt hij mag ik weer bij mijn vriendje nu gaan spelen. Tuurlijk zeg ik. En later spelen de 2 weer (h)eerlijk gezellig in de achtertuin. Tijd voor een gezellig ijsje. De jongens hebben het super naar hun zin. Als de buurjongen weer weggaat zegt hij Sonja, je had gelijk hoor. Hij vindt mij niet stom. Hij zei dat hij dan rust nodig heeft soms en dat hij boos en verdrietig is omdat de oppas zomaar weg is gegaan. ( en dat hij daarom zijn handen voor zijn oren doet omdat ik niet naar hem luister).
Het blijft ongelooflijk hoe dit wijze stel, zo verschillend, maar zo mooi met elkaar omgaan. Echt bijzonder. 2 kameraden.
Opeens krijg ik ook zomaar van de kleine professor spontaan een knuffel. Dankjewel. Hij is echt mijn vriend. Ja, zeg ik zo zie je maar. Jij bent ook echt een vriend. Dat jij dit zo goed begrijpt.
Als ik de kleine jongen de volgende woensdag weer uit school haal vraagt hij of zijn vriendje weer bij hem thuis mag komen spelen. Voor mij is dat helemaal prima. Ze vragen of ze een hut mogen bouwen in de huiskamer dit keer. Het regent namelijk. Ook dat mag van mij. Als ze zo lekker aan het spelen zijn merk ik dat ze af en toe wat strubbelingen samen hebben. Ik zit aan de keukentafel lekker een boek te lezen en kijk zo af en toe eens even met hen mee. Ik voel dat mijn kleine vurige paard graag de leiding heeft over de kleine professor. Af en toe gaat het er stevig aan toe. Want de kleine buurjongen laat het kaas niet van zijn brood eten. Ze zijn aan elkaar gewaagd. Ieder op hun eigen unieke manier. Ik laat ze dus even gaan en kijk wat er gebeurd. Als de hut klaar is vragen ze of ik kom kijken en werkelijk waar het is een geweldige hut geworden met stoelen, lakens, dekens en wilde dieren.
Ze spelen dat ze zelf vuurdraak zijn en zeemonster zijn. Als ik weer lekker rustig op mijn stoel ga zitten en mijn boekje pak stormen de beiden jongens, na een kort overleg, op mij af. Het zeemonster glijdt onder mijn stoel door en de vuurdraak laat blazende geluiden horen en maakt mij aan het schrikken. Ik doe even gezellig met ze mee en zij zeggen jij bent : de prinses die wij redden moeten goed? Ok, ok.
Nou heb ik altijd al prinses willen zijn dus ik besluit direct in mijn rol te kruipen. We hebben dikke pret. Toch wordt het steeds gekker en wilder. Opeens krijg ik van de Vuurdraak ( mijn vurige paardje van 6) een enorme beet in mijn been. Het doet pijn en ik schrik. Ik leg direct het spel stil en zeg Auw!! Dat doet pijn hoor. Ik kijk de vuurdraak en het zeemonster aan en zeg. Willen jullie dit niet meer doen anders stoppen we met dit spel. Alleen de kleine professor schrikt van mijn reactie en zegt maar het was toch niet express he vuurdraak? Nee, tuurlijk niet. Het was per ongeluk.
We spelen gewoon weer verder. En toch zie ik daar dat het kind de grens tussen spel en echt niet meer kan onderscheiden. De blik in zijn ogen verandert. Dit is vast wat zijn ouders bedoelen. Het gebeurd nog een tweede keer en weer waarschuw ik de jongen. Hij bijt dit keer in mijn arm en ook dat doet best pijn. Ik leg het spel weer stil. En besluit dat ik niet meer mee speel. Ik zeg ook waarom.
Dit doet pijn en dat is niet ok. We bijten elkaar niet. Dit is de laatste waarschuwing zeg ik nog.
De vuurdraak mag wel vuur spuwen maar niet bijten zeg ik nog. Toch wil hij gewoon aan de professor laten zien dat hij de sterkste is en dus de echte vuurdraak. De kleine wil duidelijk macht laten zien en indruk maken. Ik ga zelf weer een boekje lezen en vraag hen om samen weer in de woonkamer zelf verder te spelen. Ik wil kijken of ze dit ook bij elkaar doen of alleen nu bij mij (om indruk te maken , ja het zit er al jong in bij mannen. )
De jongens vinden het spel gelijk minder leuk als ik echt niet meer meedoe en ze blijven maar proberen steeds weer mij in hun spel te betrekken. Maar ik zeg dat ik niet meer wil en ze weten ook waarom. Ik ben duidelijk , tenminste dat denk ik. Dan opeens gebeurd er iets merkwaardigs. Uit het niets komt de vuurdraak op mij af en bijt in mijn bovenarm totaal door & door en laat mij niet meer los. ( Ik schrik mij dood en schreeuw het uit van pijn). Auuuuwww, ben je helemaal gek geworden!
De kleine professor duikt weg en ik haal uit met mijn rechterarm en geef het joch een pets op zijn hoofd. Dan laat hij los. Want nu schrikt ook hij. Dit had hij nooit verwacht. ( ik ook niet om eerlijk te zijn het gebeurd automatisch). En begint mij daar toch te brullen. De tranen springen in mijn ogen. En ik laat het gebeuren. Hij joelt en schreeuwt en is helemaal door het dolle heen. Maar ik laat mijn natuurlijke emoties stromen. Ben je nu helemaal gek geworden om mij zo te bijten. Kijk eens wat je hebt gedaan. Zijn tanden staan in mijn bovenarm , het wordt gelijk zwart en het bloed stroomt er uit.
Maar de jongen blijft schreeuwen, jij mag mij niet slaan dat ga ik tegen mama en papa zeggen en dan wordt je ook ontslagen. Jij doet mij pijn en hij gilt en gilt en slaat helemaal op tilt. Maar ik ben niet bang ik voel alleen maar dat dit is wat er dus steeds gebeurd. Alle rust slaat op mij neer. Ik pak hem bij zijn arm en zet hem in de hoek van de kamer. Ga daar maar even staan schreeuwen. Ben je helemaal betoeterd dat je mij zo bijt. Jij hebt mij heel erg pijn gedaan en ik ben er zo van geschrokken dat mijn andere arm uitschoot en jou een pets verkocht anders had je nu nog in mijn arm gehangen. De kleine jongen jankt en jankt en schreeuwt en schreeuwt. Maar het maakt geen indruk op mij. Ik houd hem aan mijn grenzen nu. De andere kleine man neemt het voor zijn vriendje op. Echt heel bijzonder. Jij mag niet slaan zegt de kleine jongen tegen mij. Dan zeg ik , daar heb jij helemaal gelijk in. Dat mag ik ook niet. Ik ben enorm geschrokken want dit doet erg pijn en ook hem laat ik mijn wond zien. Dan kijkt hij ernstig naar de wond. Doet het pijn vraagt hij dan. Ja, zeg ik wat dacht je dan. het is helemaal zwart en het bloed. Dat is toch niet normaal. Je mag een ander toch niet zomaar bijten? Ook niet in het spel.
Nee, zegt de kleine professor. Ik denk dat hij een beetje gek werd in zijn hoofd. Diep van binnen moet ik alweer lachen. Als we dit toch eens gefilmd hadden. De kleine jongen staat nu nog steeds te snikken en schreeuwt uit man en macht. Jij mag mij niet slaan, jij doet mij pijn, ik ga het zeggen. Hij wil grip op mij krijgen maar dat krijgt hij nu niet.
Dan draai ik het om en spiegel hem bijna met dezelfde tekst en woorden maar nu uit mijn mond.
Jij mag mij niet bijten, jij doet mij pijn, ik ga het zeggen tegen jouw ouders!
Nu is de jongen even stil. Hij kijkt erg beteuterd. Dit had hij duidelijk niet verwacht. Door wat ik zeg haal ik hem uit zijn eigen pijn en schreeuwen. De waarheid komt aan. De echo klinkt nog na in zijn oren. Het is soms wonderlijk om te zien wat het bij een kind doet als je “hun gedrag” of woorden simpel terug spiegelt ( geen hele verhalen maar kort en eenvoudig). Ik loop naar hem toe en laat mijn wond zijn. Mijn arm is helemaal dik en zwart. Je ziet precies zijn tanden staan. Dit heb jij gedaan zeg ik. En het doet heel erg veel pijn. Ik laat hem mijn tranen zien. Ik heb je 2 keer gewaarschuwd maar jij luister niet naar mij. Jij ging over mijn grenzen en nu ben ik boos en verdrietig.
Dan opeens slaat de jongen om. Hij voelt dat ik niet bang ben voor zijn machtsspel. Ik ben gewoon eerlijk over mijn gevoel. ( Het lesje gaat over heel duidelijk grenzen leren aangeven en de grenzen van andere mensen leren kennen en respecteren. )
Nee, Nee dat moet je niet tegen mijn papa en mama vertellen huilt hij nu, want dan worden ze heel erg boos op mij. En nu heb ik daar opeens een klein bang kind. Bijzonder om te zien is dat hij nu werkelijk bang is. Dan zeg ik: maar jij bent nu toch ook boos op mij ? Dat maakt mij ook heel erg bang hoor, zeg ik. Nu denkt de kleine man diep na. Nee, nee zegt hij dat wil ik niet. Alsjeblieft toe zeg het niet. Dan zeg ik : dus je weet heel goed dat je niet mag bijten en doorbijten? Hij knikt en kijkt naar de grond.
Als ik zeg stop 2 keer dan ga jij toch door. En als ik je dan een pets verkoop uit schrik & pijn omdat jij jouw tanden vastbijt in mijn bovenarm dan roep je daarna dat ik jou niet pijn mag doen? Maar jij mag mij dus wel pijn doen? Wat is dat voor iets raars? Ben je een beetje gek geworden en kijk hem nu heel serieus aan. Nu breekt er een hele kleine glimlach door op het gezicht van de “boze jongen”. Hij weet het gewoon maar hij zoekt mijn grens op. Die is hem nu heel duidelijk geworden. ( Er spookt van alles door mijn hoofd en ik voel mijn lichaam trillen). Jeetje want ben ik geschrokken van mijn eigen reactie.
De kleine professor schuifelt op de bank naast mij en kijkt naar zijn vriendje op de gang. Dan zegt de kleine vriend heel wijs, ja je doet soms wel een beetje gek hoor , net als gisteren. Dan doe hij het na en moeten we allemaal erg hard lachen. De kleine jongen denkt dat het gelijk weer goed is. Dus hij snikt nog na en komt uit de gang. Ik vraag wat ga jij doen? Hij kijkt mij aan. Ga nog maar even terug want ik vind het helemaal niet leuk wat er tussen ons is gebeurd. Denk er maar eens even goed over na.
Dan zegt hij Sorry Sonja dat ik je gebeten heb. Ik mag jou niet bijten. Dan kijkt hij mij met zo’n betoverende en ondeugende blik aan dat hij denkt dat het nu wel gelijk klaar is. Maar ik laat hem daar staan. En ik zeg, Nou ik wil ook even zeggen dat ik er spijt van heb dat ik jou ook pijn heb gedaan uit schrik. Ik had jou ook niet mogen “slaan”. Dat spijt mij oprecht.
Dan vraagt de kleine man mag ik nu dan weer binnen komen? En ik zeg ja, dat mag. Dan komt hij naar mij toe lopen en slaat zijn armpjes om mijn hals en begint hevig te snikken. Ik ben stout he. Dan moet ik lachen en zeg ja Sonja is ook stout he. Daar staan we dan met drieën ik zou willen dat het gefilmd was.
Nu komt de kleine professor er ook bij en slaat zijn armpjes om ons twee heen. Hij zegt: Ik ben zo blij dat het weer goed is. WE moeten gewoon allemaal leren dat als we STOP zeggen dat we dan ook gewoon Stoppen en niet doorgaan. ( net als gisteren weet je nog, toen kon ik ook niet stoppen en toen werd jij ook zo boos ) En nu kun jij zelf niet stoppen en nu wordt Sonja boos.
Een kind van 6 ( bijna) 7 dat al verbanden legt tussen hetgeen er de dag ervoor gebeurde en nu. Hoe wonderlijk. Maar zo voelt deze jongen ook. Wijs en slim. Ik bevestig dit kind in zijn slimme conclusie.
Wat slim van jou gezegd zeg ik en geef ook hem een dikke knuffel. De kleine jongen is blij met dit compliment. Daarna knuffel ik mijn kleine vurige driftkikker en pak hem bij zijn enkels hup stofzuigen jij : de hele kamer voor straf. J) En eerlijk is eerlijk hoe klein hij ook is. Humor heeft hij als geen ander. Hij schatert het uit. En hup alle spanning valt van onze schouders.
Die avond besluit ik een gesprek te willen met iedere ouder apart. Het is de hoogste tijd. Ik heb een redelijk beeld nu. Als vader thuiskomt laat ik het de kleine jongen zelf vertellen. Vader kijkt mij bezorgd aan. Hij wil de kleine jongen weer een heftig standje geven. Maar ik knijp vader en knik, Nee.
Dat standje heeft hij al gehad. Beloon je zoon dat hij zo eerlijk is nu om dit met jou te delen. Vader doet dit gelijk. Maar nu ziet zijn zoon zijn kans schoon als “het moment” en zegt nou Papa jij bent zelf toch ook “Stout” geweest? Zo ! Dat is eruit. Zijn papa weet even niet hoe hij het heeft. Ja, papa denk ik dan “ wat je zegt ben je zelf”. En zo gebruikt zijn kind precies op het juiste moment de gouden stelregel: laat hem of haar de eerste steen werpen die zonder zonde is. Vader wordt er rood van en zegt nu heel eerlijk: dat is waar ik ben ook stout geweest. Ik besluit vader te redden. Ik weet zeker dat hij nu wel met mij wilt praten over zijn relatie. Dus ik zeg: We zijn allemaal wel eens stout toch. Maar het is juist fijn als we daar dan ook eerlijk over kunnen zijn en daarvan leren om het volgende keer beter te doen. Vader kijkt mij opgelucht aan. Voor de kleine jongen is het genoeg want de aandacht is nu bij hem weg.
Ook vader heeft hulp nodig. Hij doet het zo graag goed als vader maar meer in de “rol” hoe vaders zich horen te gedragen dan gewoon Vader zijn. Dan zegt zijn vader fijn dat je eerlijk bent. Vind je Sonja nu nog wel aardig vraagt hij? De kleine jongen kijkt mij aan en zegt: Nou als je haar bijt dan is ze helemaal niet aardig hoor. Maar voor de rest is ze echt heel lief. En dan vertelt hij ook alle andere verhalen.
’s Avonds belt zijn moeder mij op en voor het eerst voel ik haar humor. Hai Sonja, jeetje wat heb ik nu gehoord? wil jij nog wel op “onze” zoon passen nu? Hij heeft je gebeten hoor ik en mijn man liet een foto zien van jouw arm. Echt niet normaal. Zie je nou zegt ze, dit kan toch zo niet. Dan zeg ik haar, jouw zoon is een schat die ook wel eens stout is. Kinderen kopiëren het gedrag van hun ouder(s). Dan moet moeder lachen ook dit ijs is nu gebroken. Ze is er klaar voor. Ze (h)erkent deze WAARHEID en dat het dus niet allemaal op het bordje van haar zoon geschoven kan worden.
Dat is goed zegt ze. We maken een afspraak en zo “vertaal” ik vader en moeder wat er nu werkelijk aan de hand is met hun zoon.
Het stiekeme & stoute gedrag wijst op het gedrag van vader met de oppas, zijn drukke gedrag wijst erop dat vader en moeder veel te druk zijn met hun werk en dus weinig ruimte en tijd hebben voor hun kinderen, Zijn ADHD wijst erop dat hij meer aandacht en liefde, knuffels nodig heeft van zijn ouders en dat de spanningen die er tussen beiden Ouders heerst in hun relatie en over het “vreemdgaan” met de oppas de onderhuidse spanningen van het kind zijn waar hij veel te veel ballast draagt.
Ook leg ik uit hoe energie werkt en dat hun zoon eigenlijk aangeeft dat zijn moeder haar grenzen duidelijker moet stellen en uitspreken in plaats van haar eigen pijn en kwetsbaarheid te verbergen voor haar man en zich zo boos en groot te maken naar hem en haar zoon. Het spel van de zolder wijst op de fantasie wereld van de ouders dat ze beiden dromen van een gelukkig gezin maar daar helemaal geen moeite voor doen met al dat harde werken.
Vader en Moeder staan paf. Moeder breekt en begint te huilen. ( Eindelijk kwetsbaar en niet die hardheid en frustraties maar gewoon laten zien wat het echt met je doet).
ZE zegt je had het niet duidelijker kunnen “laten zien” en verwoorden dan met deze “uitleg” over het "probleem gedrag" van mijn kind en wat het spiegelt over “onze relatie” . Ook vader is diep onder de indruk. Het raakt hem ook.
En dan is daar zijn hulp vraag: dus je denkt niet dat mijn zoon medicijnen nodig heeft? Nee, zeg ik. Ik denk dat zijn Ouder(s) hulp nodig hebben en wat dagen vrij mogen gaan maken in hun agenda voor elkaar. En weer leren Ver-Binden met elkaar en het gezin.
Gewoon zoals het vroeger was voordat jullie beiden zulk belangrijk werk deden. Nu moeten ze samen lachen en vraag ik ze naar hun eerste ontmoeting ( nog zonder kinderen). Ze stralen beiden en vertellen samen wat hen toen bij elkaar bracht en hoeveel leuke dingen ze toen deden. Reizen, sporten, picknicken. Het is eeuwen geleden lijkt het dat wij dit samen deden. Ik stel voor om Relatie Therapie bij mij te gaan volgen om alle oude “shit” nu eerst zelf te verwerken en dan weer leren opnieuw te Ver-Binden.
Liefdevol besluiten ze om dit met handen aan te grijpen. Ze hebben nu zelf mogen ervaren waar het mis is gegaan. Een jaar geleden. En dat hun prachtige zoon hen “deze boodschap” met zijn “probleem gedrag” bracht vinden ze beiden wonderlijk.
Nu kunnen we het tij echt gaan keren in dit gezin. Als vader en moeder hun eigen emoties gaan "verwerken"dan ontlasten ze direct hiermee hun kind. Kinderen zijn uiterst gevoelig of het goed gaat met hun Ouder(s) of niet. Kinderen willen geen stempels maar (H)eerlijke aandacht, Stoeien, spelen, knuffelen en leren.
Ik sluit af; Geef je kind het goede voorbeeld dan zal het dat vanzelf oppakken net zoals het nu “het slechte voorbeeld” voorbeeld heeft opgepakt.
De ouder(s) maken ieder apart een afspraak bij mij. Een goede relatie begint immers altijd bij jezelf.
Op de volgende woensdag kom ik afscheid nemen van mijn “kleine vriend”. Bij het afscheid zegt hij iets wat ik nooit maar dan ook nooit meer zal vergeten:
Heel even was jij mijn mama en mijn papa. Ik was ze even kwijt. Maar nu zijn ze er gelukkig weer en dat komt door jou. Ik omhels mijn kleine man en wil hem liever nooit meer loslaten. Dikke tranen rollen over mijn wangen. Dit is ons moment.
Zijn Papa en mama staan voor de ramen te zwaaien. Dan fluister ik hem in zijn oor: en jij bent mijn Held. Zonder jou had ik het nooit gekund. Je zit voor altijd in mijn hart. Dan kijkt hij mij aan en als een echte man veegt hij nu “de tranen” van mijn wangen en zegt maar ik kom je heus nog wel opzoeken hoor. Je woont zo dichtbij. ( de schat).
Ik zet hem op de grond. Nu kan hij het zelf weer. Dat kleine stukje dat ik mee mocht reizen is gedaan en nu mag ik in liefde weer loslaten. Maar dit keer heb ik het er ook echt moeilijk mee. Mijn kleine krijger is een tijger. Voor altijd in mijn hart.
Het gaat nu gelukkig heel erg voorspoedig met de kleine man & dit gezin. De nodige stappen en veranderingen zijn doorgevoerd. ( Respect) .
Het LEVEN is WONDERLIJK.
(S) Amen.
Blog: Praktijk Face The Truth Amstelveen by Sonja de Heer
Comments